30 juni 2022
Kleine goden van eigenzinnige dingen: asynchrone ontwikkeling
Caroline De Neve van iO hoogbegaafd, schreef voor ons dit artikel:
Kleine goden van eigenzinnige dingen: asynchrone ontwikkeling
“Het was kindertheater. Op het podium denderden grote hoofdloze kostuums, gemaakt van kartonnen dozen waarin de acteurs zich schuilhielden. Het deed wat surrealistisch aan. Het geheel oogde spectaculair met een decor dat fel kleurde en speelse geluiden die de sfeer erin brachten. Ik voelde dat het nu al spannend voor hem was. Het absurde geheel. Wanneer een hoofdloos kostuum zich plots elektrocuteert aan een broodrooster en er terzelfdertijd een gigantische witte boterham uit piepschuim van het plafond valt, is het hek van de dam. Alle kinderen barsten in lachen uit, die van mij schreeuwt het uit. De handen op de oren, de ogen gesloten, totale paniek. Had hij een moord meegemaakt? Zo leek het althans. Ik vluchtte met hem naar buiten, waar de tranen en de paniek maar bleven aanzwellen. Het was onze laatste poging tot kindertheater. Toen was hij bijna 7.”
Bovenstaand fragment illustreert de term asynchrone ontwikkeling, die typerend is voor hoogbegaafden en nog intenser optreedt bij uitzonderlijk hoogbegaafden. Asynchrone ontwikkeling betekent dat je cognitieve, emotionele en lichamelijke ontwikkeling niet synchroon gebeuren, zoals dit eerder wel gebeurt bij normaal begaafde kinderen. Al deze deeldomeinen gaan zich normaliter op een vergelijkbaar ritme ontwikkelen waardoor kinderen zich meestal goed gaan voelen bij leeftijdsgenoten. Ze bevinden zich immers allen op een vergelijkbaar ontwikkelingsniveau.
Bij hoogbegaafde kinderen daarentegen zien we vaak grote verschillen tussen deze ontwikkelingsdomeinen. Zo kan een hoogbegaafd kind van vijf jaar de cognitieve mogelijkheden van een achtjarige hebben, emotioneel reageren zoals een vijfjarige en motorisch achterophinken. Of een hoogbegaafd kind kan cognitief vier jaar voorlopen, motorisch op leeftijd zitten en sociaal-emotioneel twee jaar voorlopen. Het lijkt dus alsof er verschillende leeftijden in één lichaam zitten, wat deze kinderen enerzijds kwetsbaar maakt en anderzijds resulteert in uitdagingen op zowel opvoedkundig- als onderwijsvlak.
Gevolgen van asynchrone ontwikkeling
De gevolgen van asynchrone ontwikkeling worden immers schier onderschat bij hoogbegaafde kinderen. Het bepaalt nochtans veel in hun dagelijkse leven en. Zo heb je kinderen die cognitief veel autonomie opeisen, maar het emotioneel nog niet goed aankunnen en daar dan zelf mee in de knoop liggen. Of kinderen die zich sociaal beter voelen bij oudere kinderen maar nog zeer weinig sociale vaardigheden bezitten, kinderlijk reageren en dus wéér niet aanvaard worden in de oudere groep. Hun hoofd hoort bij oudere kinderen, hun emotionele uitingen bij jongere kinderen, hun criteria voor vriendschap dan weer bij oudere kinderen. Of kinderen die cognitief al zoveel willen doen, maar nog geen fijne motoriek ontwikkeld hebben en zo frustratie ervaren bij bijvoorbeeld het bouwen van een Romeins circus met Kapla blokjes op jonge leeftijd. Ook bij het tekenen zien we dit vaak: ze willen graag die fijne, gedetailleerde boom op papier zetten, maar hun 4-jarige vingertjes laten het nog niet toe.
En net omdat ze asynchroon én cognitief sterk ontwikkelen, kunnen ze erg diep en ver doordenken over allerhande thema’s waarin ze nog geen levenservaring en/of de emotionele maturiteit verworven hebben, zoals hongersnood, oorlog, daklozen, klimaatwijziging, maar ook concepten als vriendschap, liefde, vrijheid…. Soms wordt er doorgedacht op een verkeerd spoor of ontstaat er een gedachtegang die erg ver van de realiteit ligt.
Dit zien we ook bij het kind in het inleidende fragment: omdat deze jongen perfect weet hoe elektriciteit werkt (cognitieve voorsprong), beseft hij dat elektrocuteren een dodelijke afloop kan hebben. Tegelijk slaagt hij er nog niet in om fictie en realiteit van elkaar te scheiden (emotionele ontwikkeling) waardoor hij de gebeurtenis op het podium ervaart als een reële situatie waarin iemand zich dodelijk verwondt. Voor zijn ogen. Niet verwonderlijk dat dit zoveel paniek en angst teweegbrengt!
Ik geef enkele andere voorbeelden mee, die me werden verteld door ouders van kinderen die ik begeleid:
“We gingen naar de Efteling, maar het sprookjesbos was zo eng voor hem (5 jaar). Hij was bang van de gerobotiseerde sprookjesfiguren en we konden hem niet kalmeren. Ondanks dat hij weet hoe robots werken, vond hij ze akelig.”
“Ze (4 jaar) bedacht allerhande gekke en fantasierijke verhalen maar kon enkel in drukletters schrijven. Haar gedachten gingen veel sneller dan haar trage hand. Dat frustreerde haar zo erg dat ze explodeerde.”
“Ze (9 jaar) kon urenlang praten over de oorlog en meeleven met de ellende van vluchtelingen, maar als ze haar rollerblades moest delen met een meisje dat de hare vergeten was, vond ze dat oneerlijk.”
“Hij (10 jaar) kan op school supersterke boekbesprekingen geven met een duidelijk inzicht in de moraal van het verhaal, maar tijdens spelletjes op de speelplaats of groepswerk in de klas moet iedereen zijn idee volgen.”
“’s Nachts stond ze (8 jaar) aan mijn bed en vertelde: ‘ik droomde dat ik geëxecuteerd werd omdat ik een ketter was, een andersdenkende die niet in God geloofde.’ Ze wou de rest van de nacht in mijn armen slapen.”
Wat volgt zijn vaak angsten, frustraties, onbegrip, het gevoel een buitenbeentje te zijn, tussen leeftijden, leerjaren en graden in te vallen.
Hoe ga je hier als ouder het beste mee om? En als leerkracht?
Inzicht in het bestaan en de betekenis van asynchrone ontwikkeling is een grote en belangrijke stap. Inzicht en kennis. Erbij stilstaan en observeren. Beseffen dat het kind zich enerzijds heel rijp en ‘wijs’ kan gedragen en anderzijds de noden heeft die bij zijn/haar leeftijd of zelfs jonger, behoren. Van zodra dat inzicht verworven is, kun je het kind beter begrijpen en dus beter op zijn/haar noden inspelen. Met begrip. Dat vooral. Want vaak snappen ze zelf niet goed wat er aan de hand is, waarom ze altijd overal tussenin lijken te zitten. Ook ouders lopen soms in de val en verwachten een emotioneel rijper kind doordat hun verbaal sterke kleuter het zo goed kan uitleggen. Maar dan blijkt hij/zij een uur later op de grond te liggen huilen omdat er vandaag geen ijsje komt.
Ook bij een versnelling is het belangrijk om asynchrone ontwikkeling mee te nemen, om het kind goed te begrijpen. Als je kind twee jaar versnelt omdat hij/zij op cognitief vlak voorloopt, kan dat emotioneel of bevrijdend aanvoelen of moeilijk worden. Sommige kinderen – die emotioneel sneller ontwikkelen – gaan dit als een grote openbaring ervaren omdat ze eindelijk ontwikkelingsgelijken vinden. Andere kinderen geraken echter in de war omdat ze het moeilijk hebben met vriendschappen sluiten (Hoe gaat dat precies?Wat betekent een BFF? Wat is mijn plek in deze groep?). Beide emoties kunnen ook simultaan voorkomen: een verwarrende openbaring. Het sociaal-emotionele argument – waarbij een kind niet rijp wordt bevonden om te versnellen – staat niet op zichzelf en is altijd onderdeel van de complexe asynchrone ontwikkeling. Het toont ook aan dat je kinderen niet kunt tegenhouden om te versnellen enkel en alleen omdat ze emotioneel (schijnbaar) nog op een ander ontwikkelingsniveau zitten. Cognitief hebben ze die versnelling immers soms wel écht hard nodig en het kan best zijn dat die emotionele sprong plots toch gemaakt wordt of dat die asynchrone ontwikkeling zich gewoon verderzet en het kind ertussenin blijft vallen de komende jaren. Het is geen of/of-verhaal, maar wel een en/en-verhaal, een complexe zoektocht naar het vinden van de aanknopingspunten tussen de verschillende ontwikkelingsdomeinen. En daarom moet je elk hoogbegaafd kind altijd als een unicum bekijken, in zijn/haar context en sociale omgeving, in zijn/haar school, met zijn/haar ontwikkelingen.
En vooral vol verwondering blijven kijken naar die fijne, kleine, waanzinnige dingen die zij verwezenlijken op hun eigen idiosyncratische wijze. In een ideale wereld is er immers enkel dat en niets anders meer: geen versnellingen, geen differentiatie, geen sociale aansluitingsproblemen…, maar enkel nog die opgroeiende a-synchronen, die kleine goden van eigenzinnige dingen.
Copyright © 2022 Caroline De Neve, iO hoogbegaafd – Alle rechten voorbehouden. Niets uit dit artikel mag worden verveelvoudigd, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur. Online delen mag mits vermelding van auteur en link naar dit artikel.